Bewegingsonderwijs

Zoals al het onderwijs moet ook het bewegingsonderwijs uitdagend zijn en aanspreken op de talenten van alle individuen. Kinderen moeten gemotiveerd raken iets te leren, grenzen te verleggen en te accepteren welke verschillenen er zijn of kunnen ontstaan. Leerlingen die beweging kunnen gebruiken om andere vaardigheden te leren, zullen hier de kans voor moeten krijgen. De integratie en combinatie met andere vakken en vaardigheden van een kind, kan in bewegingsonderwijs worden gezocht. Het bewegingsonderwijs speelt dan ook een sterke rol in het welbevinden van de leerlingen. Ook op sociaal-emotioneel gebied kan het bewegingsonderwijs zijn steentje bijdragen. Beweging is een deel van de ontwikkeling en kinderen zullen ook opgevoed moeten worden in het bewegen.

Al vele jaren is er bewijs dat onvoldoende beweging gepaard gaat met fysieke aandoeningen, zoals; hart- en vaatziektes, obesitas en mentale ongemakken als depressies.
Uit de meest recente cijfers uit 2016 blijkt dat 12 procent van de Nederlandse kinderen (2-20 jaar) kampt met matig of ernstig overgewicht. Dit is een alarmerende situatie, aangezien overgewicht op kinderleeftijd vaak leidt tot overgewicht op volwassen leeftijd.
 
Enkele oorzaken die dit probleem in stand houden is een gebrek aan sport en bewegen en (in combinatie met) ongezonde voeding, wat bij zowel kinderen als volwassenen voorkomt. De laatste tijd wordt regelmatig aandacht gevraagd voor de bewegingsarmoede en achteruitgang in lichamelijke activiteit/bewegingscompetenties van kinderen. Zo ook in de uitzending van Brandpunt op zondag 26 mei 2013 (Brandpunt, 2013). Kinderen zitten te veel stil achter de computer of voor de televisie, met telefoon of Ipad, waardoor er te weinig wordt bewogen.
 
De ontwikkeling en het onderhoud van de motorische vaardigheden worden bedreigd door te weinig bewegen en te veel zitten. Gevolg hiervan is een verhoogde kans op (sport)blessures. Steeds meer kinderen tussen de 9 en 12 jaar lopen sportblessures op, blijkt uit onderzoek van VeiligheidNL (2012).
Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd lijkt lichamelijke inactiviteit toe te nemen en minder goed ontwikkelde motorische vaardigheden en fitheid onder de jeugd. Het gevolg hiervan is dat kinderen een grotere kans hebben op overgewicht, verschillende ziekten en (sport)blessures.

Bewegingsonderwijs heeft veel positieve bijwerkingen op sociaal-emotioneel gebied. Het kan kinderen versterken in hun zelfstandigheid, doorzettingsvermogen of  mentale weerbaarheid. We vinden het belangrijk kinderen te leren omgaan met winst, verlies, samenspel of de verschillen in individuele vaardigheden. We streven daarom naar een goed pedagogisch klimaat.

De volgende doelstellingen worden hierbij geïntegreerd. 
- Vergroting van sociale competentie, en met name van vaardigheden in conflictoplossing bij leerlingen.
- Verantwoordelijkheid vergroten van kinderen voor het sociale klimaat in school en groep.
- Verbetering van het groepsklimaat; betere relaties binnen de groep, respect en waardering voor verschillen.
- De leerling krijgt een stem en iedereen heeft de kans om mee te denken en zich verantwoordelijk en betrokken te 
  voelen.